Luc voelt zich binnen de domeinen “postgeschiedenis”en “postwaardestukken”
thuis en slaagt er ook geregeld in om met een nieuwe “unieke” verzameling
uit te pakken bij grote competitieve tentoonstellingen en ook hoog te
scoren. Voor één keer pakt hij niet groots uit, want hier opteerde hij voor
de één kaderaanpak, gezien de zeldzaamheid van de getoonde stukken voor
expositie tijdens het regionale kampioenschap Limburg – Antwerpen te
Wychmaal-Peer in september 2015.
Hij verduidelijkte meteen
op zijn inleidingblad met een woordje de opzet van de getoonde stukken, als
volgt:
In het kleine deel van België dat tijdens de Eerste Wereldoorlog
niet (of niet volledig) bezet werd door de Duitsers bleef de burgerlijke
telegraafdienst, in de mate van het mogelijke, in werking. Kort na het
uitbreken van de vijandelijkheden werd het verzenden van private telegrammen
slechts zeer beperkt toegelaten. Staats- en Dienst-telegrammen kregen in
ieder geval altijd voorrang, private telegrammen werden alleen toegelaten
als zij nodig waren voor de bevoorrading van de bevolking of om familiale
redenen.
Een tweede belangrijke factor die het telegraafverkeer in Onbezet
België beperkte was het feit dat diverse telegraafkantoren binnen
schootsafstand lagen van de vijandelijke kanonnen en bijgevolg regelmatig
hun activiteiten moesten onderbreken of zelfs volledig stopzetten. Diverse
telegraafkantoren dicht bij het front werden ook tijdens de oorlog volledig
vernield of verloren hun verbinding met het telegraafnet.
Een laatste factor die het aantal telegrammen ernstig beperkte was
het feit dat telegraafkantoren in onbezet België alleen mochten telegraferen
met kantoren in hetzelfde gebied of van en naar gebied in handen van de
geallieerde troepen. Hierbij dient aangestipt te worden dat in de zones van
het front onder controle van de Engelse troepen het telegraafverkeer zeer
sterk ingeperkt werd.
De bovenstaande beperkingen hebben er toe geleid dat er slechts
relatief weinig telegrammen verstuurd werden en als logisch gevolg daarvan
zijn er nu, 100 jaar na de Grote Oorlog, zeer weinig telegrammen bewaard
gebleven. Buiten de enkele tientallen telegrammen die hier getoond worden
zijn er nog slechts een handvol in het bezit van (gekende) verzamelaars. Van
de meerderheid van de telegraafkantoren uit onbezet België zijn alleen de
telegrammen gekend die hier getoond worden.
DOEL VAN DE VERZAMELING Het doel van
deze verzameling is het tonen van een kleine maar waarschijnlijk unieke
collectie overgebleven telegrammen welke in onbezet België verzonden zijn
tijdens de Eerste Wereldoorlog. Voor elk getoond telegram wordt ook de
inhoud toegelicht zover die in verband staat met de oorlogsomstandigheden.
Tarieven voor versturen van telegrammen worden niet besproken omdat alle
staats- en dienst-telegrammen onder de regels van de franchise verstuurd
werden.
PLAN VAN DE VERZAMELING
De telegrammen
en gerelateerde documenten worden getoond in alfabetische volgorde van het
behandelende telegraafkantoor:
1. ADINKERKE-PANNE
2. ALVERINGHEM
3. AVECAPPELLE
4. BIZET
5. COXYDE 1
6. LOO
7. NIEUWPOORT(STAD) / NIEUPORT(VILLAGE)
8. OOST-DUINKERKE
9. PANNE
10. POPERINGHE
11. ROUSBRUGGE-HARINGHE
12. VEURNE / FURNES
13. YPER / YPRES
|
Van de telegraafkantoren van ABEELE en WATOU zijn alleen vertrekkende
telegrammen gekend, aankomende telegrammen zijn tot op heden ongekend.
BRONNEN 1. Dictionnaire des Bureaux
de Poste de Belgique 1830-1914, uitgifte 1969.
2. WEFIS tijdschriften nr. 12, 17, 18, 36, 45, 82, 86, 89, 90, 92, 98,
106, 115, 130, 131 en 132.
3. De Belgische Spoorlijnen – Paul De
Kerver, 2008 -1015.
4. De Inundatie van oktober 1914 – Guido Demere, 2014.
5. Chemins de Fer Belges – Indicateur Officiel des Trains – Juli 1914.
6. Diverse nota uit de verzamelingen van P. Van San en H. Slabbinck
7. Wikipedia – Informatie over spoorweg- telegraafkantoren