De Postiljon, jaar per jaar...

 1972 

Bij onze algemene ledenvergadering op 16 januari 1972 telde de club al 45 leden.

Tijdens deze vergadering werd besloten om elke bijeenkomst een tombola te organiseren en het voltallige bestuur werd herkozen.

De club registreerde een talrijke opkomst van Postiljonners t.g.v. de tentoonstelling met voorverkoop van de postzegel "20ste verjaardag van Via Secura" gekoppeld aan het 40-jarig jubileum van de Socialistische postzegelverzamelaars in het Cultureel Centrum op de Melaan  te Mechelen op 19 + 20 februari 1972. Voorbeeld van de gelegenheidscover met bijzondere afstempeling :

 


Het bestuur voelde zich gesterkt om naar aanleiding van de 2de verjaardag van de club opnieuw een filatelistisch weekend in te richten in eigen gemeente.
 
 
Tijdens het weekend van 29 april t/m 1 mei 1972 waren vele leden van onze club opnieuw op het appél te Mechelen n.a.v. de voorverkoop van de Regie der Posterijen van de zegels "Europa 1972".

Deze postzegels gingen ook in voorverkoop in Bouillon, Brugge, Luik en Schaarbeek maar gezien de afstand viel te keuze duidelijk op Mechelen, waar de stand van de Posterijen opgesteld stond in het Sint-Romboutscollege aan de Veemarkt.

Op 6 en 7 mei 1972 stelden niet minder dan 17 leden hun collecties tentoon in de Gildezaal te Boortmeerbeek tijdens onze tweede clubtentoonstelling. De 60 vlakken kenden al een grote verscheidenheid aan onderwerpen.

Onze deelnemers in 1972 waren:

 
Jeugdklasse
Maes Louis
Maes René
Vloebergh Myriam

Volwassenen
Vertongen Jean-Baptist
Van de Sande Leon
Janssens Jozef
Florenty Maurice
Brion Walter
Vleugels Ghislain


Van Horenbeeck Maurice
Vets Rita
Van Neck Celest
Feyaerts Georges
Van den Eynde Marcel 
Janssens Willy
Verschaeren Annie


Maes Frans

Oostenrijk
Huisdieren
Zoogdieren in de natuur


België vóór 1945
België na 1945
Blokken van België
Belgische eerstedagafstempelingen
De dynastie
Schilderkunst
Luxemburg
Réunion
Bloemen
Boten
Jersey
Schilderkunst
Eerstedagvluchten Sabena
Ontwerpen van uitgegeven en bekroonde postzegels
Duitsland vóór 1945
Geallieerde bezetting, Bundesrepubliek, West-Berlijn en DDR
Italië
Het vorstenhuis op postzegel
Nederland en Franse kolonies

Het bezoekersaantal viel zwaar tegen met weinig Boortmeerbekenaren en/of leden van andere lokale culturele kringen. Ook de gemeentelijk toegezegde toelage kwam er op de valreep net niet.
Onze club had een speciale prijskamp voor afgestempelde postzegels uitgewerkt en prijzen gekoppeld aan de getoonde werkstukken. Dixit: Onze inzet werd met zware verliescijfers afgestraft
 
Ziehier wat hierover in de pers verscheen :
"De Postiljon" uit Boortmeerbeek exposeerde
Toen enkele enthousiaste postzegelverzamelaars uit Boortmeerbeek een paar jaar terug op het idee kwamen om zich te verenigen en een club te stichten, hadden zij wellicht niet kunnen vermoeden dat hun initiatief zulk succes zou kennen. Inderdaad, uit het bescheiden groepje waarmede van wal werd gestoken is "De Postiljon" thans uitgegroeid tot een kring met meer dan 50 leden, allen stuk voor stuk personen die het verzamelen van postzegels als een van hun voornaamste hobby's hebben gekozen.
Om de veertien dagen komen deze amateurfilatelisten samen in hun clublokaal 's zondags van 10 tot 12,30 uur om gezamenlijk hun "filatelistische problemen" op te lossen. Bij het bestuur is er steeds een deskundige aanwezig om hun alle inlichtingen te verschaffen. Sinds haar bestaan heeft de club reeds met succes een tentoonstelling van verzamelingen der leden op haar actief.
In het teken van het tweejarig bestaan werd verleden zaterdag en zondag een grote postzegeltentoonstelling gehouden in de parochiezaal. Niet minder dan 17 leden hadden er hun mooiste en kostbaarste collecties uitgestald. Het was dan ook te voorzien dat deze expositie heel wat bezoekers zou krijgen. Hoewel de tentoonstelling richtte tot de nieuwelingen in deze boeiende en leerrijke hobby, hebben voorzeker heel wat vakmensenverzamelaars er nog wat kunnen van opsteken.
Daar elk lid van de vereniging maandelijks een uiterst verzorgd clubblad "De Posthoorn" ontvangt, blijven zij bestendig op de hoogte van alle nieuwe uitgaven zowel op het nationale als op het internationale vlak. Een bezoek in clubverband aan de internationale tentoonstelling "Belgica 72" in het groot Eeuwfeestpaleis van de Heizel te Brussel - van 14 juni tot 9 juli 1972 - staat op het programma."   C.V.d.C.

Het ledenaantal groeide en groeide en de kaap van 50 leden werd spoedig bereikt.

Op 6 juli 1972 plande De Postiljon haar eerste clubreis. Het werd onze eerste uitstap per autocar.

Doel van de reis werd een filatelistisch evenement met naam, met name de internationale tentoonstelling "Belgica 1972", welk doorging in de Heizelgebouwen in Brussel van 24 juni t/m 9 juli 1972.

Het was de 61ste internationale tentoonstelling, die doorging onder de auspiciën van de Internationale Federatie voor Filatelie (FIP) en liep i.s.m. o.a. de Koninklijke Landsbond voor Belgische Postzegelkringen (KLBP)

Verschillende leden maakten er voor het eerst kennis met de nationale reglementen, gingen een kijkje nemen naar de uiterst zeldzame verzamelingen van eminente filatelisten en inzendingen van HM Koningin Elisabeth van Engeland, ZPH Prins Rainier van Monaco, het National Museum van London e.a. en wandelden door de diverse tentoonstellingszalen. 


Hier werd de échte basis gelegd voor menige thematische verzameling in de toekomst. Voor de leden, die een landverzameling hadden, waren de voorverkopen van de 9 zegels met de beeltenis van de Belgische vorsten uiteraard ook héél interessant.


In juni 1972 diende de club haar aanvraag in tot het bekomen van een gemeentelijke "jaarlijkse" toelage in en deze werd op 13 juli 1972 door burgemeester G. Servaes voor verder gevolg doorgegeven aan Lodewijk Deprins, toenmalig voorzitter van het gemeentelijke feestcomité. Op 8 september 1972 volgden wij zijn verzoek met het indienen van een overzicht van wat de club te bieden had en alle administratieve details.

Op 15 oktober 1972 kwam dan de bevestiging dat onze kring in aanmerking kwam voor deze toelage en dat betekende toen
- dat de vereniging vanaf 1973 een jaarlijkse vaste toelage van 750 BF zou krijgen
- dat de vereniging ook jaarlijks kon meedelen in de winsten, gemaakt bij de bevrijdingsfeesten
- dat onze vereniging mee in een beurtol geplaatst werd voor de tooguitbating bij één van de feest, door het feestcomité opgezet en dat onze vereniging geregeld ook mensen zou aanbieden om te helpen bij voorbereiding van gemeentelijke feesten.

Op 4 september 1972 vond in het Stadhuis te Leuven een tentoonstelling plaats, georganiseerd door de "Mannen van 1922". Zo dicht bij huis - daar mochten de Postiljonners zeker niet ontbreken.

De Regie der Posterijen lanceerde tijdens het weekend van 11 en 12 november de voorverkoop van de kerstzegel in Bléharies, Genk, Lier en Neuville-en-condroz.

Voor een aantal bestuursleden was dit de aanleiding om op 11 november 1972 af te zakken naar de Stedelijke Academie voor Muziek en Schone Kunsten aan de Vismarkt te Lier. Ze legden er de nodige contacten met de Lierse filatelisten en vulden menig verzameling in de club aan met meegebrachte nieuwe postzegels, al dan niet met gelegenheidsafstempeling.

Hobbyclub Nossegem richtte op 18 + 19 november haar 1ste postzegeltentoonstelling in i.s.m. postzegelclub Mechelen. Onze club wou hierbij niet ontbreken en de club vaardigde een groter aantal leden af naar het gemeentehuis van Nossegem voor een goedkeurend oog.

De drie stichters van de club, die de naam "Postzegelklub Nossegem" kreeg: de heren De Temmerman, Van Hoegaarden en Janssens, mensen met we een jarenlange samenwerkingsband gaan smeden.

Op 17 december vond onze eerste grote ruildag onder leden plaats in ons clublokaal. Dit omvatte toen postzegels en munten en werd omkaderd door een kunstwerkententoonstelling (met werk van eigen leden). In de annalen lazen wij dat deze ruildag een groot succes was tussen de leden onderling, maar dat er weinig externe belangstelling was.

In de periode van 23 tot 25 december 1972 organiseerde de Geelse Hobbyclub haar 12de thematische postzegeltentoonstelling der Vriendschap te Geel in de gemeentelijke feestzaal aldaar. Geen kleintje met maar liefst 400 kaders en de verzekerde deelname van 53 clubs en 9 eregenodigden. Voor het eerst was er sprake van deelname van twee leden van onze club met hun verzamelingen, met name met 10 mooi gevulde kaders aan een externe tentoonstelling:

 
Jeugd
Myriam Vloebergh

Volwassenen
Ghislain Vleugels

Zoogdieren in de natuur (5 kaders)


Schilderijen (5 kaders)

Op 23 december 1972 woonde een delegatie van ons clubbestuur de receptie bij, die doorging onder zeer grote belangstelling en we luisterden mee naar de toespraken van de voorzitter van de lokale kring, de burgemeester van Geel en de minister Van Mechelen. Een groepje leden maakte afspraken om er samen met de wagen op bezoek te gaan en zo kregen onze deelnemende leden op zondag 25 december extra aandacht.

In de archieven vonden we nog een tekst van eind 1972 terug, geschreven door dochter "Mieke", met naast een ode aan haar vader - Omer Vloebergh - ook de verwijzing naar o.a. onze club. Hieruit het volgende stukje:

.........." Al vroeg begon mijn vader te tekenen. Op de gemeentelijke lagere school werd hij fel aangemoedigd. De tekeningen in potlood en inkt, die hij op 12-jarige leeftijd maakte, tonen dat hij echt wel talent heeft. Hij tekende vooral koppen en figuren van bekende personen. Maar dan brak de oorlog uit en alles werd duur en schaars, ook papier en tekengerij. Alle talent zoekt echter zijn weg en hij tekende dan ook op alle mogelijke materialen, meestal weinig geschikt. Daarbij kwam dat hij geen leiding kreeg. Altijd weer moest hij zelf zoeken op de juiste belijningen te verkrijgen. Begrippen als perspectief kende hij niet.
In september 1954 trad hij in het huwelijk. Veel tijd om te tekenen had hij niet, maar wanneer hij grieperig was en niet kon gaan werken, groeide de stapel tekeningen. Mijn moeder vond dat hij zijn natuurlijk talent verder moest ontwikkelen en zij moedigde hem altijd aan. De zorg voor zijn gezin - hij heeft drie dochters - eiste al zijn aandacht.


1970 werd de start voor mijn vader. Enkele vrienden vroegen hem zijn tekeningen tentoon te stellen, een afwisseling op een postzegeltentoonstelling, die ze wilden inrichten. Na veel aarzelen stemde hij uiteindelijk toe. De tentoonstelling werd een succes.

Hierdoor aangemoedigd trok hij naar Wespelaar waar kunstenaar-beeldhouwer Johan De Maeght de leiding heeft over de Wespelaarse kunstacademie. Het eerste contact met kleur en doek werd een mooie ervaring voor mijn vader, die tot dan altijd met potlood had gewerkt.
Zijn eerste tentoonstelling was in de school zelf, samen met de andere leerlingen.

In 1971 stelde hij tentoon in Boortmeerbeek. In 1972 in Kampenhout en Rotselaar.
Hij probeert altijd alles weer te geven zoals hij het ziet en aanvoelt. Zijn favorieten kleuren zijn bruin - oker - oranje, die zijn werken warmte geven. Duidelijk komt zijn bewondering voor de natuur tot uiting in de talrijke landschappen en bloemen die tot zijn oeuvre behoren."